Gepubliceerd op:
6
februari
2025

Shauni ging meteen na haar studies aan de slag als verpleegkundige in woonzorgcentrum Bosbeekhof. Nog elke dag gaat ze met volle goesting werken.

Shauni Brants is amper 25 jaar maar toch kent ze woonzorgcentrum Bosbeekhof door en door. Tijdens haar middelbare studies verzorging liep ze de eerste keer stage in het woonzorgcentrum. Dat beviel haar zo goed, dat ze de jaren nadien als jobstudent in de vakanties en weekends terugkwam. Nadat ze in 2022 haar diploma van gegradueerde in de verpleegkunde (HBO5) behaalde, kreeg ze meteen een vast contract in de wijk Hoogdonk. “Dat voelde echt aan als thuiskomen”, glimlacht Shauni, “Tenslotte kende ik de omgeving, de collega’s, de bewoners en ook de routines van het huis al heel goed. Dat was een groot voordeel.’

Ziekenhuis versus woonzorgcentrum

Werken in een woonzorgcentrum is voor Shauni een bewuste keuze. Tijdens haar opleiding liep ze ook stage in verschillende ziekenhuizen, maar dat lag haar minder. “In een ziekenhuis is het een komen en gaan van patiënten, terwijl je in een woonzorgcentrum de kans hebt om een relatie op te bouwen met de bewoners. Als je elke dag voor iemand zorgt, ontstaat er automatisch een een emotionele band. Dat vind ik heel belangrijk.” Volgens Shauni is het onzin dat werken in een woonzorgcentrum saai zou zijn. “Je hoort wel eens mensen veronderstellen dat het boeiender is om in een ziekenhuis te werken omdat je daar wél technieken moet toepassen, maar dat is absoluut niet waar. In een woonzorgcentrum moet je als verpleegkundige ook bloed afnemen, wondzorgen, infusen aanleggen, poortkatheters plaatsen, enzovoort.”

Verantwoordelijkheid en adrenaline

Shauni werkt in twee ploegen – vroeg en laat – en springt af en toe bij tijdens de nachtdienst. “Ik werk hier graag omdat ik veel verantwoordelijkheid krijg. Je moet constant alert zijn en sterk in je schoenen staan wanneer er iets met een bewoner gebeurt. In een ziekenhuis is er altijd een dokter in de buurt die je kunt oproepen bij noodgevallen, maar hier moet je bijvoorbeeld zelf de parameters interpreteren en snel handelen. Het geeft me adrenaline wanneer ik als enige verpleegkundige in huis ben en snel moet reageren in noodsituaties. Dat geeft veel voldoening.”

Samenroosteren is de max

Nog een voordeel van werken in een woonzorgcentrum is volgens Shauni het samenroosteren. “Aan het begin van elke maand geef je door wanneer je die maand wil werken. Nadien legt onze teamcoach, de roosters van alle collega’s samen en bekijkt ze wat er mogelijk is. Ze doet daarbij altijd ongelooflijk haar best om de wensen van iedereen in te vullen. Ook als je last minute een dag verlof nodig hebt, haalt ze het onderste uit de kan. Hetzelfde geldt voor de collega’s met kinderen. Als die bijvoorbeeld vroeger moeten stoppen voor een ziek kind of oudercontact, dan kan dat in 99% van de gevallen. Die flexibiliteit maakt dat het leuk werken is.”

Elke dag anders

Medicatie toedienen, wonden verzorgen, parameters nemen, eten opdienen… Ondanks de terugkerende taken, is geen elke werkdag gelijk. “Wanneer het in de namiddag wat rustiger is, gebeurt het wel eens dat ik met de bewoners een spelletje speel of een wandelingetje maak. Ja, daar krijgen wie hier tijd en ruimte voor. Alle verpleegkundigen helpen ook bij het wassen van de bewoners. Dat contact met de bewoners vind ik erg belangrijk en tof. Het is op die momenten dat je elkaar beter leert kennen. Je kunt zoveel leren van oudere mensen! Ze vertellen zo graag verhalen over vroeger en delen met plezier tips en levenswijsheid. Het is de variëteit aan taken en het contact met de mensen die mijn job als verpleegkundige zo boeiend maken.”